Fiscaal advocaat Michel Maus pleit voor een betere verstandhouding tussen burger en fiscus
In 10 stappen naar peis en vree in taxatieland
De regering-Michel wil over haar regeerperiode 1 miljard euro inkomsten halen uit de strijd tegen fiscale en sociale fraude. Volgens advocaat Michel Maus zou het meer kunnen opbrengen als de belastingdienst het strijdmodel loslaat. “We moeten van conflict naar samenwerking gaan”, meent Maus.
Ilse De Witte
De relatie tussen de belastingadministratie en de belastingplichtigen verzuurt meer en meer. We merken het aan de straffe bewoordingen die de fiscus gebruikt in brieven om uitleg naar beleggers met buitenlandse rekeningen bijvoorbeeld. We merken het aan het stijgend aantal columns op de pagina’s van Moneytalk, waarin fiscale advocaten klagen over de manier waarop de belastinginspectie hun brave cliënten als criminelen behandelt. Maar de fout ligt niet alleen bij de fiscus.
“Belastingplichtigen doen er alles aan om minder belastingen te betalen, omdat ze het huidige belastingsysteem onrechtvaardig vinden. Heel wat Belgen staan tolerant tegenover belastingontduiking en nog toleranter tegenover belastingontwijking. Het is zeker zo dat belastingplichtigen en hun adviseurs meer en meer de grenzen opzoeken van het toelaatbare. Ze botsen in hun pogingen tot fiscale optimalisatie op een koele administratie, die het conflict opzoekt”, vindt Michel Maus, partner bij het advocatenkantoor Bloom Law en voorzitter van de actiefgroep Fiscaal Ideaal.
Een hervorming van de personenbelasting dringt zich op, net zoals een andere manier van werken bij de controlediensten. Daarnaast zouden preventie van fraude, educatie en samenwerking meer kunnen opbrengen dan louter en alleen het opsporen van belastingfraudeurs.
STAP 1: Minder uitzonderingen op de regel
Internationale organisaties zoals de OESO of de Europese Commissie adviseren ons land al jaren om de belasting op arbeid te verlagen en belastingen te verschuiven richting vermogen, vervuiling en consumptie. “De hoge belastingdruk en de ongelijke verdeling van die belastingdruk zorgt ervoor dat mensen bijvoorbeeld aan de aannemer of de ruitenwasser vragen een deel van de kosten uit de factuur te houden. De kmo verderop in de straat kan die kosten van het ruiten wassen aftrekken als beroepskosten. Particulieren kunnen dat niet. Daaruit ontstaat een frustratie en een onrechtvaardigheidsgevoel dat onderschat wordt.”
Volgens Maus zal de zogenoemde ‘vervennootschappelijking’ vanzelf uitdoven als de belasting op arbeid daalt. Vandaag is het soms interessanter een vennootschap op te richten, om een deel van de inkomsten als loon uit te keren en een deel als winstuitkering of dividend. Net zoals in de vennootschapsbelasting zou in de personenbelasting het algemene tarief naar beneden kunnen als een aantal fiscale gunstregimes zouden sneuvelen.
De veelheid aan belastingvrijstellingen en -verminderingen maken de personenbelasting zeer complex en voedt het onrechtvaardigheidsgevoel. Door de schrappen in de uitzonderingen kon het algemene tarief van de vennootschapsbelasting in verschillende fases van 33,99 naar 25 procent teruggebracht worden in 2021. “We moeten ook de personenbelasting opkuisen en eenvoudiger maken”, vindt Maus.
“In het regeerakkoord staat dat deze regering een hervorming van de personenbelasting moet voorbereiden. Heel veel vertrouwen heb ik niet, omdat er al vaker rapporten en blauwdrukken voor hervormingen zijn opgesteld. Daar is in het verleden niet zo veel mee gedaan”, tempert Maus de verwachtingen. “Ik vermoed dat ze vooral een aantal in het oog springende systemen, zoals bijvoorbeeld het systeem van verloning via de auteursrechten zullen hervormen”.
STAP 2: Sterkste schouders moeten zwaarste lasten dragen
Kort na de Eerste Wereldoorlog werd de basis gelegd voor ons huidige belastingstelsel, met een progressieve belasting van de beroepsinkomsten. “Het hoogste belastingtarief bedroeg toen ongeveer 27 procent”, brengt Maus in herinnering. “Enkel wie meer dan 1 miljoen Belgische frank bezat, betaalde op het gedeelte boven dat plafond het hoogste belastingtarief. Omgerekend naar vandaag komt dat plafond neer op 1,5 miljoen euro. Vandaag is het toptarief 50 procent en dat betaal je al vanaf een inkomen van meer dan 41.360 euro bruto per jaar. Wie 1 miljoen per jaar verdient, wordt daar eigenlijk verhoudingsgewijs niet meer op belast dan wie 100.000 euro per jaar verdient. Bovendien zijn er een heleboel inkomsten, zoals roerende inkomsten, die aan een vast in plaats van een progressief tarief belast worden. In de loop der jaren is het principe van de sterkste schouders of de progressiviteit in de tarieven sterk verwaterd.”
Maus heeft het ook over de belastinghervorming in 1962, waarbij alle inkomsten in één grote pot werden gegooid. “Zo krijg je inkomensneutraliteit, waarbij alle inkomsten op dezelfde manier worden belast, ongeacht of ze uit arbeid of uit vermogen voortkomen. Door de belasting op inkomsten uit vermogen te verhogen, kan je de belasting op arbeid drastisch terugdringen, zoals de republikeinse president Ronald Reagan het in de jaren 60 in de Verenigde Staten deed.” Ook met het duaal belastingsysteem uit het partijprogramma van CD&V, waarbij de inkomsten uit arbeid in één pot komen en de inkomsten uit vermogen in een andere pot, kan die doelstelling bereikt worden.
STAP 3: Geen haastwerk meer bij nieuwe belastingen
In het regeerakkoord staat : “Er worden geen nieuwe belastingen ingevoerd behalve in het kader van budgettaire discussies (…)”. Het is zo dat de regering vaak in de late uurtjes tijdens begrotingsbesprekingen nieuwe belastingen afklopt. “Het meest recente voorbeeld is de inschepingstaks”, zegt Michel Maus. Sinds 1 april betalen passagiers 10 euro voor vluchten van minder dan 500 kilometer, 2 euro voor vluchten van meer dan 500 kilometer binnen de Europese Unie, Zwitserland of het Verenigd Koninkrijk en 4 euro voor alle andere vluchten van meer dan 500 kilometer. “Die taks druist in principe in tegen het Verdrag van Chicago en de Raad van State heeft in 2005 Zaventem al teruggefloten, toen die gemeente zo’n vliegtaks wilde invoeren. Je weet gewoon dat de juridische basis van die wet wankel is en kan worden aangevochten.”
Er zijn zo de voorbije jaren al heel wat belastingwetten weer vernietigd door het Grondwettelijk Hof, nadat de regering de adviezen van de Raad van State negeerde om de nachtelijke akkoorden tijdens de begrotingsdiscussies te kunnen respecteren. Het is geen uitzondering dat de nieuwe fiscale wetgeving helemaal op het einde van het jaar door het parlement wordt gejaagd in een programmawet – samen met nog een hele batterij aan andere wetten – om vervolgens op 1 januari van het volgende jaar van kracht te worden. “Er zou toch een redelijk termijn moeten gerespecteerd worden tussen de publicatie van een nieuwe wet en de invoering daarvan, zodat belastingplichtigen de tijd krijgen om die informatie tot zich te nemen. Er zou ook veel beter over de nieuwe wetten en alle praktische modaliteiten gecommuniceerd moeten worden.”
In een ideale wereld zou de impact van nieuwe belastingen op voorhand in kaart gebracht worden en alle betrokkenen geconsulteerd. Belastingexperten zouden op die manier ook kunnen meewerken aan robuuste wetgeving, in plaats van achteraf kritiek te geven en de achterpoortjes in de wetgeving op te zoeken.
STAP 4: Duidelijke wetten waarover geen discussie kan ontstaan
Beleggers kennen mogelijk al één voorbeeld van zo’n onduidelijke wet: de meerwaarden of de winsten die ze realiseren op aandelen en andere roerende activa zijn vrij van belasting, tenminste als het om normaal beheer van een privé-vermogen gaat en niet om speculatie. De inkomsten uit roerend vermogen zoals rente en dividenden zijn voor alle duidelijkheid wel altijd belast.
Maar wat is normaal beheer? Het grondwettelijk hof vindt dat deze terminologie op zich duidelijk genoeg is, maar voor de gewone burger is dat allerminst zo. “Voor de ene is het heel normaal om geld in cryptomunten te investeren, voor de andere is dat gokken. Je kan ook speculeren met kunst of met aandelen. Nu is het de rechter die uiteindelijk beslist wat normaal is. Je zou die onduidelijkheid heel gemakkelijk kunnen wegwerken door een termijn in de wetgeving te zetten. Bij een aan- en verkoop binnen de zes maanden bijvoorbeeld is er sprake van speculatie. Bij onroerend vermogen weet je dat de winst na kosten belast wordt tegen 33 procent bij een aan- en verkoop binnen de vijf jaar en tegen 16,5 procent bij een aan- en verkoop binnen de acht jaar.”
STAP 5: Meer preventie van fouten én fraude
Michel Maus vindt dat er meer mogelijkheden zouden moeten zijn om bij de belastingdienst af te toetsen of je je belastingaangifte correct hebt ingevuld. “Bij nieuwe ondernemingen zou er bijvoorbeeld na één jaar een preventieve controle kunnen gebeuren, niet om de belastingplichtige op de vingers te tikken maar om te corrigeren en te coachen om die aangifte zo goed mogelijk in te vullen. Bij de rulingdienst in Brussel kunnen belastingplichtigen een akkoord sluiten over de belastingen waaraan een nieuwe of complexe activiteit moet belast worden. Dat neemt nu te veel tijd in beslag en je moet ervoor naar Brussel. Waarom organiseert de rulingdienst geen lokale zitdagen? De dienst zou zo ook meer hete hangers in de fiscaliteit op het spoor komen en mogelijke fraude.”
De rulingdienst is goed, maar mensen kunnen er niet terecht voor hun problemen van alle dag en over principiële dossiers zoals onlangs met de e-sporters kan de rulingdienst niet beslissen maar moet de politiek zich uitspreken. Het zou met andere woorden nog beter kunnen.
STAP 6: Meer investeren in know how bij de fiscus
De belasting van fondsen bijvoorbeeld is zodanig complex dat we al vaker hoorden van fiscaal advocaten dat zij aan de belastingcontroleurs moeten uitleggen hoe de wetgeving in mekaar zit. De regering investeert in mankracht voor de strijd tegen de fiscale fraude. Dat wil zeggen dat er extra inspecteurs die via belastingverhogingen en minnelijke schikkingen geld in het laatje brengen. Maus: “Het ambtenarenkorps slankt jaar na jaar af. De meeste mensen met een goede kennis van de btw bijvoorbeeld, die in 1970 werd ingevoerd, zijn al op pensioen vertrokken. In de opleiding van nieuwe mensen en het opbouwen van expertise wordt te weinig geïnvesteerd.”
Voor sommige fiscale advocaten lijkt het anderzijds wel een sport om de achterpoortjes in de wetten voor hun cliënten te zoeken. Als een belastingcontroleur moet opboksen tegen een leger dure advocaten van een vermogende familie zal dat wel eens aanvoelen als een strijd van David tegen Goliath. “Ik heb het omgekeerde ook al meegemaakt”, zegt Maus. “Een delegatie van 14 mensen van de belastingdienst, die op één dossier van een kleine horecazaak zaten. Omdat de belastingdienst en de parketten onderbemand zijn, kunnen zij niet anders dan er bepaalde zaken uit te kiezen om hun tanden in te zetten en dan willen ze vaak een voorbeeld stellen.”
STAP 7: Gelijke behandeling van belastingplichtigen
Michel Maus verdedigde een 82-jarige voor de rechtbank in Brugge, die een hele tijd na het overlijden van zijn vrouw nog obligaties op de zolder had gevonden. De man ging met zijn schoendoos vol obligaties naar de bank en toen hij stond te wachten aan het loket viel de cavalerie van de fiscus daar binnen. Maus: “Die bejaarde man werd strafrechterlijk veroordeeld voor een successiefraude van 3874 euro. Hij kreeg een boete van 250 euro én een strafblad. In diezelfde maand sloot de fiscus een minnelijke schikking met het Antwerpse diamantbedrijf Omega Diamonds voor 160 miljoen euro. Waarom kreeg mijn cliënt niet de kans om een minnelijke schikking te sluiten en Omega Diamonds wel? Er is daar geen transparant en duidelijk sanctionerend beleid.”
Voor de fiscaal advocaat is het onvoldoende uitleg dat de parketten overwerkt zijn en een veroordeling er bij Omega Diamonds mogelijk niet in zat, omdat een proces te lang zou duren en te veel middelen van justitie zou opslorpen. “Iedereen weet ook dat de kans op vervolging bij het parket van Brussel kleiner is dan bij het parket van Brugge bijvoorbeeld. Ook dat voelt heel onrechtvaardig aan. De manier waarop de fiscus en het parket hun sanctiebeleid voeren is gesteund op zeer veel willekeur. Er zijn zeer grote regionale verschillen op het vlak van administratieve sanctionering bij niet-aangifte door de belastingplichtige. Hetzelfde geldt voor het fiscale vervolgingsbeleid.”
In Nederland zit er meer lijn in dat sanctiebeleid. Boven een bepaald bedrag mag een minnelijke schikking niet meer voorgesteld worden. Tot een bepaald bedrag blijft het altijd bij een administratieve santie en geen strafrechterlijke. Enzovoort. “De redelijkheid en de proportionaliteit is vaak zoek.”
STAP 8: Maak werk van bemiddeling
Er is sinds 2007 een fiscale bemiddelingsdienst, maar daar zijn vandaag twee issues mee, volgens Maus. “De bemiddelingsdienst kan pas tussenkomen als de belasting is gevestigd en er een bezwaar is ingediend door de belastingplichtige. Waarom laat je die bemiddelingsdienst niet in een eerdere fase tussenkomen? In deze fase is er al een soort stellingenoorlog uitgebroken tussen de belastingplichtige en de belastingcontroleur, waarbij nog moeilijk te bemiddelen valt. Bovendien zetelen er enkel mensen van de belastingadministratie in die bemiddelingsdienst en die zijn per definitie “partijdig”. Waarom maak je daar geen paritair comité van? ” Bemiddeling werkt en er zijn voldoende mensen opgeleid en erkend als bemiddelaar, dus laat ons daar meer gebruik van maken.
STAP 9: Voer een jaarlijks overleg met het middenveld in
Er is wel overleg, benadrukt Michel Maus, maar niet structureel. “Er is nooit globaal overleg. Hoe kunnen advocaten en fiscus beter samenwerken, overleg plegen over dossiers,… Er is een soort schrik bij de fiscus om die stap te zetten.” Dat is natuurlijk begrijpelijk, want belastingcontroleurs moeten soms opboksen tegen een leger dure advocaten van vermogende families. Dat zal af en toe wel aanvoelen als een strijd van David tegen Goliath.
“Ik heb het omgekeerde ook al meegemaakt”, zegt Maus. “Een delegatie van 14 mensen van de belastingdienst, die op één dossier van een kleine horecazaak zaten. Omdat de belastingdienst en de parketten onderbemand zijn, kunnen zij niet anders dan er bepaalde zaken uit te kiezen om hun tanden in te zetten en dan willen ze vaak een voorbeeld stellen.”
STAP 10: Werk aan mentaliteitswijziging bij beide kanten
Volgens Maus kan je via nudging al veel bereiken. Het is een techniek waarbij mensen onbewust aangemoedigd worden om een bepaald gedrag te stellen, zoals correct belastingen betalen en geen werken in het zwart laten doen. “Andere landen staan daar verder in. Een stom voorbeeld is de kleur van de enveloppe van de belastingaangifte. In Nederland verstuurt de fiscus de papieren aangiftes in blauwe enveloppen, wat een veel zachtere kleur is dan de bruine enveloppen die België gebruikt.”
We moeten ervan af dat belastingplichtigen het normaal vinden om de kantjes eraf te rijden en we moeten ervan af dat de belastingcontroleurs bij elke vergeetachtigheid kwade wil van belastingplichtigen vermoeden.